Bevraging leerkrachten Latijn (2023-2024)

In de loop van dit schooljaar organiseren collega Simon Aerts en MA student Morris Callens een bevraging van leerkrachten Latijn (3de graad SO) in verband met hun ervaringen met de vernieuwde leerplannen. De inleidende brief kan je hieronder terugvinden.

Je kan de eerste enquête hier invullen tot 31 januari. Alle informatie vind je hieronder terug.

 

Beste leerkracht Latijn,

Je wordt uitgenodigd om deel te nemen aan een enquête van de Universiteit Gent, waarin gepeild wordt naar je visies en ervaringen in verband met de vernieuwde leerplannen voor de derde graad, die sinds dit schooljaar van kracht zijn: onder de minimumdoelen voor Latijn is nu ook de lectuur opgenomen van niet-literaire teksten en teksten uit andere periodes dan de oudheid.

 

Eerst even dit

  • Aan het begin van de enquête zal je moeten aangeven dat je akkoord gaat met de stellingen rond het gebruik van je (anonieme) gegevens. Daarnaast zal je ook moeten aangeven dat je dit schooljaar Latijn geeft in het vijfde en/of het zesde jaar SO. Als je dat niet doet, zal de studie voor jou beëindigd worden omdat we je bijdrage niet zullen kunnen gebruiken.
  • Afgezien van de tekstvakken zijn bijna alle vragen verplicht in te vullen. Soms betekent dat ook dat je een optie een score ‘Nooit’ of ‘Helemaal niet’ moet geven. Wanneer we je bv. vragen waaruit je lesmateriaal doorgaans bestaat (bv. handboek, losse blaadjes, …) is er ook een optie ‘Andere’ die je ofwel zelf nader kan bepalen in een tekstvak, ofwel de score ‘Nooit’ moet geven. Geen zorgen: je zal een herinnering krijgen van het systeem als een vraag niet compleet is.
  • Aan het einde van de eerste enquête verschijnt er een bericht met een uniek nummer (ID) dat aan jouw inzending gelinkt is. We zouden je willen vragen om dit nummer goed bij te houden (bv. door het bericht op te slaan of af te drukken) zodat we je inzending kunnen linken aan je deelname aan de tweede enquête (in juni).
  • Als je daartoe rechtstreeks op de hoogte wil gehouden worden van het verdere verloop van deze studie (maar ook van andere, vergelijkbare initiatieven in de toekomst), kan je hier vrijblijvend intekenen, zonder je e-mailadres aan je inzending voor deze enquête te linken.

 

Waarom deze studie?

Een dergelijke wijziging is niet voor elke leerkracht evident. Ieder van ons heeft een eigen achtergrond qua opleiding en ervaring, elke gemeente en elke school een andere context en gewoontes, elke klasgroep een eigen dynamiek en elke leerling andere noden en interesses. In de loop van dit eerste schooljaar zouden we jullie dan ook graag volgen in jullie ervaringen, pogingen, struikelblokken, oplossingen, mislukkingen en successen. Aan het motto ‘vele handen maken licht werk’ voegen we dus onverbloemd en bewust het motto failure is the best teacher toe: wat jullie dit jaar verwezenlijken (en vooral: hoe jullie dat doen), zal een inspiratiebron zijn niet alleen in Vlaanderen, maar ook ver daarbuiten.

Concreet: in september 2024 vindt in München de 15de editie van het Internationaal Colloquium over Laat en Volkslatijn plaats (LVLT15). Tijdens de vorige editie in 2020 (LVLT14) mochten we in Gent ruim 130 internationale onderzoekers ontvangen (van Nederland tot Italië en van Roemenië tot Zweden, en zelfs uit Noord- en Latijns-Amerika), van wie velen ook een actieve rol hebben in hun eigen nationale onderwijs. De Vlaamse context heeft toen met haar rijke traditie in Latijn op school en de zeer actieve uitwisseling tussen het onderzoeks- en het onderwijsveld een grote indruk gemaakt. In München wordt naast de algemene sessies voor het eerst ook een workshop georganiseerd waarbij internationale onderzoeker-onderwijzers hun ervaringen en adviezen delen over precies de didactiek van late en niet-literaire teksten. Net nu verrichten wij hier in Vlaanderen dit schooljaar op zo’n grote en zo’n georganiseerde schaal pionierswerk, en dat klonk de organisatoren alvast als muziek in de oren. Met deze enquête en de verwerking van jullie ervaringen en adviezen vanuit de praktijk willen we dan ook graag als jullie spreekbuis naar München trekken om bij te dragen aan onze ‘weten-schap’ over dit onderwerp.

 

Verloop van deze studie

De bevraging van leerkrachten gebeurt in twee fases in de loop van het schooljaar. Deze eerste enquête peilt naar de stand-van-zaken na het eerste semester, en in juni zal een tweede enquête focussen op een terugblik maar ook een vooruitblik naar het volgende schooljaar toe.

De bevraging van leerkrachten gebeurt in twee fases in de loop van het schooljaar.

De vragen peilen naar allerlei factoren die een invloed zouden kunnen hebben op je ervaringen, zowel positief als minder positief. Waar nodig en mogelijk hebben we aangegeven waarom we bepaalde vragen stellen; bij andere vragen hebben we dat vermeden, omdat dergelijke informatie een invloed zou kunnen hebben op de betrouwbaarheid van de gegevens. Soms zal je merken uit de telling van de vragen (Q1.1, Q1.2, …) dat je een vraag lijkt over te slaan: om onnodig tijdsverlies te vermijden, hebben we ervoor gezorgd dat je geen vragen te zien krijgt die in jouw situatie niet relevant zijn. Tot slot hebben we visueel wat ondersteuning voorzien door twee distincties met kleur extra in de verf te zetten (tussen het vijfde en het zesde jaar en tussen niet-literaire teksten en teksten uit andere periodes dan de oudheid).

Let wel: antwoord waarheidsgetrouw en volledig alvorens verder te gaan, want je zal niet kunnen terugkeren. Dat je soms door latere vraagstellingen achteraf nog aan iets denkt, is echter normaal en deel van je bijdrage: we willen je eigen percepties immers niet beïnvloeden, want die leren ons wat er echt leeft. Wat we onze leerlingen vaak zeggen, herhalen wij graag: er zijn geen foute antwoorden, tenzij ze niet gemeend zijn.

Bij sommige vragen zal je misschien denken ‘Uiteraard, hoe anders?’ – maar ook de meer uitzonderlijke situaties verdienen soms de nodige aandacht. Om die reden bevat de enquête naast eenvoudig aanklikwerk (‘kwantitatieve data’) ook verschillende tekstvakken waarin je meer uitleg zal kunnen geven in tekstvorm (‘kwalitatieve data’). Dat is vaak niet verplicht, maar we bieden het graag aan.

Daarom is het echter moeilijk om te zeggen hoeveel tijd de enquête voor jou in beslag zal nemen, maar we denken dat een halfuurtje uittrekken geen overbodige luxe is. Dat is niet niets, en dat beseffen we; misschien biedt de examenperiode of de volgende vakgroepvergadering op je school toch een gelegenheid om de tijd even te kunnen uittrekken. En wie weet – misschien leer je al iets bij gewoon door de bevraging in te vullen.

 

Jouw bijdrage en voordelen

Het hoeft nauwelijks gezegd te worden, maar uiteraard is de enquête confidentieel. Je hoeft nergens persoonlijke gegevens in te vullen, maar als je zelf details zou voorzien in de open vragen, verklaar je automatisch dat je daar geen probleem mee hebt. De onderzoeksgegevens die wij in onze studie verzamelen kunnen ook nut hebben voor andere studies: de mogelijkheid bestaat dus dat de anonieme onderzoeksgegevens worden hergebruikt op een later tijdstip; eventuele persoonlijke gegevens uit open vragen zullen daarbij echter eerst verwijderd worden.

Zoals je zal zien, combineren we de studie met een korte bevraging vanuit Didactica Classica Gandensia (DCG) naar de noden en wensen die leven onder de leerkrachten inzake ondersteuning en professionalisering. Je zal de kans krijgen om aan te geven welke initiatieven volgens jou nodig of nuttig kunnen zijn.

 

Vragen?

Als je in de loop van de studie vragen zou hebben over eender welk aspect ervan, kan je altijd contact opnemen via Morris.Callens@UGent.be. Opnieuw sta je in dat geval zelf in voor eventuele gegevens die je uit de anonomiteit brengt. Als je wil, kan je vanaf oktober via dit adres ook de resultaten opvragen van de studie, al kunnen we alvast meegeven dat we nadien ook alles in het werk zullen stellen om ze te publiceren (met gratis toegang en ook in het Nederlands).

 

Gratias!

Net nu verrichten wij hier in Vlaanderen dit schooljaar op zo’n grote en zo’n georganiseerde schaal pionierswerk.

We hopen van harte dat we je interesse hebben kunnen wekken voor het onderzoek; de relevantie van je individuele bijdrage voor ons vak in Vlaanderen en ver daarbuiten valt niet te onderschatten. We zijn je in naam van al die leerkrachten en leerlingen in elk geval al heel erg dankbaar.

 

Simon Aerts en Morris Callens

Afdeling Latijn – Universiteit Gent